VOLG ONS OP:

Beleid mobiele telefoons op school:

Meer concentratie en meer sociale interactie 

Nieuwsbrief

Nieuwsbrief COM december 2024

De meeste scholen voor basis-, voortgezet en speciaal onderwijs hebben beleid om mobiele telefoons uit de klas te verbannen. Dat meldt het ministerie van OCW op basis van een peiling van het Kohnstamm Instituut (juli 2024). De landelijke afspraak om geen mobiele telefoons meer toe te laten in de klas, geldt vanaf schooljaar 2024/2025 ook in het basis- en het speciaal onderwijs. In het voorgezet onderwijs is de afspraak al op 1 januari 2024 ingegaan.

Het ministerie van OCW liet dit voorjaar peilingen uitvoeren in het basis- en het speciaal onderwijs. 494 basisscholen en 317 scholen voor speciaal basis- en voortgezet onderwijs deden eraan mee.

Basisscholen ervaren het gebruik van mobiele telefoons in de klas niet als een groot probleem. Weinig basisschoolleerlingen nemen een telefoon mee naar school. Meer dan 70 procent van de scholen heeft al beleid dat in lijn is met de landelijke afspraak. 

In februari 2024 rapporteerde het Kohnstamm Instituut over een peiling in het voortgezet onderwijs, die eind 2023 is uitgevoerd. 80 procent van de bijna 600 deelnemende scholen had al beleid opgesteld voor het mobieltjesverbod en de meeste hadden dat ook al ingevoerd. Scholen waar het verbod al was ingevoerd, meldden meer concentratie van leerlingen in de les en meer sociale interactie tussen leerlingen.

Zakia Amari

 

De uitdagingen van de docent: de telefoon

De telefoon in de klas veroorzaakt regelmatig problemen, zoals gebrek aan concentratie, minder sociale interactie en gevoelens van onveiligheid doordat je als leerling of docent altijd ongemerkt kan worden gefilmd of gefotografeerd. 

Sinds per 1 januari 2024 het gebruik van mobiele telefoons niet meer is toegestaan op middelbare scholen, moeten scholen zelf met leraren, leerlingen en hun ouders daarover afspraken maken. Wordt het een totaal verbod, of komen er ruimten waar de telefoon wel wordt toegestaan?

Het invoeren van deze nieuwe regel kan voor veel gedoe zorgen. Leerlingen zijn er zelden voorstander van en wanneer docenten van meet af aan niet willen meewerken, is de kans van slagen klein. Ook ouders hebben zo hun bezwaren. 

Toch zien we dat veel middelbare scholen met succes het nieuwe beleid hebben ingevoerd. Dankzij goed overleg met docenten en ouders, het opstellen van heldere regels en het consequent optreden bij het overtreden van die nieuwe regels.

Na, bijna een half jaar verder, reageren scholen veelal positief. Docenten zien dat hun leerlingen weer meer met elkaar in gesprek gaan, en dat zij zich tijdens de les beter kunnen concentreren. Ook heel wat leerlingen zijn positief. Er zijn zelfs scholen die voor een totaalverbod hebben gekozen. Deze succeservaringen bieden hoop voor de scholen die het verbod nog moeten invoeren.

Gerrie Wisse


Lastige kwestie: de smartwatch

Situatie:
Een leerling in het PO draagt een smartwatch. De ouders hebben hem dit gegeven omdat de leerling alleen naar school moet lopen in de ochtend en van school naar het huis van zijn oma moet lopen in de middag. De ouders werken allebei en vinden het een veilig idee dat zij hun 8-jarige zoon zo kunnen volgen. De leerling draagt de kostbare smartwatch ook op school. 

De klas en de leerkracht lopen van school naar de gymzaal, voor de laatste les van de schooldag. De leerkracht ziet dan dat de jongen de smartwatch nog om heeft. De leerkracht zegt tegen de leerling dat hij de smartwatch bij de gymles moet afdoen voor zijn veiligheid. Omdat het een duur horloge is, spreken de leerkracht en de leerling af dat de zij het horloge zal meenemen naar school en het in de klas zal neerleggen, zodat de leerling na de gymles zijn horloge kan komen ophalen op school.

De gymles is de laatste les van de dag. De oma van de jongen komt hem ophalen. Iedereen is de smartwatch alweer vergeten. Eén van de ouders ziet ‘s avonds dat de jongen het horloge niet om heeft. Er ontstaat spanning. De ouder kan via zijn telefoon de locatie van het horloge zien. De ouder ziet dat het horloge niet op school is. Hij belt het horloge. Er wordt niet opgenomen. Dan belt hij nog een keer en ziet dat het horloge niet meer antwoordt en via tracking niet meer te vinden is. De ouder vermoedt diefstal. De ouder rijdt met de auto naar de locatie waar het horloge het laatst werd gezien via de tracking software. De ouder belt aan bij het adres. Daar is op dat moment niemand thuis. Een slimme bel met videoregistratie registreert het bezoek van de ouder aan dit adres. Later blijkt dat de leerkracht hier woont. 

De leerkracht is boos dat de ouder haar op haar privéadres heeft benaderd. De ouder is boos dat zijn dure smartwatch niet op school ligt, zoals afgesproken, maar op een privéadres is aanbeland. Hij vermoedt dat ermee geknoeid is om de tracking uit te zetten.
Een conflict is geboren.

Wat zou jij doen als directeur van deze basisschool:

– om het conflict op te lossen?

– om te voorkomen dat situaties als deze optreden?

Mogelijke oplossing:
De directeur gaat eerst in gesprek met de ouder. De standpunten liggen ver uiteen. De directeur stelt vervolgens mediation voor. 

De mediator vraagt de directeur wat zich feitelijk heeft voorgedaan. De directeur geeft aan dat het beleid van de school bepaalt dat leerlingen geen horloges (of kettingen of lange oorbellen) mogen dragen tijdens de gymles. De leerkracht heeft voorafgaand aan de gymles met de leerling afgesproken dat dit horloge op school zou worden opgeborgen, totdat de leerling het zou ophalen.

De leerkracht zou het horloge op school in haar bureaulade neerleggen. Dit is echter niet gebeurd. Zij heeft het horloge in de zak van haar vest gedaan waar het is blijven zitten en mee naar huis is genomen. Dit was niet haar bedoeling. Dat de ouder de lerares thuis opzoekt omdat hij zijn horloge terug wil, is voor haar een inbreuk op de privacy van haar en haar gezin. Hij had ook via het digitale klassensysteem kunnen vragen of het horloge bij haar was.

De ouder geeft aan dat het voor de veiligheid van hun kind is dat de jongen dit horloge draagt. De ouder vindt dat hij in zijn recht staat alles te doen om zijn horloge terug te krijgen. Daarbij komt dat zijn eigendom (het horloge) is afgenomen door de school. Bovendien zou de leerkracht het horloge op school opbergen. De ouder heeft via zijn tracking software vastgesteld dat het horloge niet op school was die avond. Hij vermoedde diefstal en hij heeft daarom zo gehandeld.

De mediator registreert dat:

– voor de ouder het belangrijkste was dat hij zijn eigendom zou terugkrijgen;

– voor school het belangrijkste was dat de privacy van leerkrachten wordt gerespecteerd. Ouders mogen een leerkracht niet bezoeken op zijn thuisadres zonder dat een leerkracht daarmee heeft ingestemd.

Tijdens het mediation zijn eerst de emoties geuit door de ouder en de school. Het ging met name om: de inbreuk die de ander had gemaakt op afspraken en verwachtingen (ouder over de school);
inbreuk op privacy van een leerkracht op haar huisadres (school over ouder).

De school gaf aan dat zij als onderdeel van de oplossing duidelijke afspraken wilde maken met de ouder dat hij niet meer onaangekondigd een leerkracht thuis zou bezoeken. 

De ouder vond dat dit onderdeel van het schoolbeleid zou moeten worden, zodat het voor alle ouders geldt.

De ouder gaf aan dat hij niet wist dat de leerkracht woonde op het adres waar hij zich meldde. Hou zou wellicht een andere afweging hebben gemaakt, als hij dat had geweten.

Verder zijn er praktische afspraken gemaakt over hoe deze ouders en de leerkracht zullen omgaan met de smartwatch. 

Hoe voorkom je deze situaties?
Dat is lastig. Onderwijs is mensenwerk. Leerkrachten willen graag leerlingen helpen. Als zich een situatie voordoet met een kostbaar item, of het nu een duur horloge is of een dure ring, zullen leerkrachten ter plekke een praktische, passende oplossing zoeken. 

Wie is verantwoordelijk voor wat?
Wie is er in deze situatie verantwoordelijk voor het kostbare horloge? Het schoolbestuur zal beleid moeten maken voor dergelijke situaties zodat duidelijk is wie er verantwoordelijkheid draagt voor (verlies en schade) aan kostbare items die leerlingen de school inbrengen. Met name voor situaties waarin de leraar ingrijpt (vanwege veiligheid of bijvoorbeeld omdat een ordelijke lesomgeving dat vraagt) en het item uit de handen van de leerling neemt.

De ouders moeten op de hoogte worden gebracht van het beleid, zodat duidelijk is wie waarvoor verantwoordelijk is.

Bejegening
Voor de bejegening van ouders naar leerkrachten en andersom kan het belangrijk zijn om duidelijke regels op te stellen als blijkt dat de meningen uiteen lopen over wat gebruikelijk en wenselijk is.

Ellen van Domburg

 

Boekentip

Het tijdperk van gedragsverslaving

We brengen elke dag uren door met sms’en, instagrammen en whatsappen. We kijken Netflix-series en YouTube-filmpjes. We zijn gemiddeld drie uur per dag bezig met onze smartphone, en onze kinderen zitten zo vaak achter een scherm dat ze moeite hebben om in het dagelijks leven sociaal te zijn. Welkom in het tijdperk van gedragsverslaving. 

In dit boek beschrijft Adam Alter hoe het komt dat meer dan de helft van de westerse bevolking inmiddels minimaal één digitale verslaving heeft. De aantrekkingskracht van nieuwe technologieën, zoals smartphones en social media, zijn namelijk geen toeval. Ontwikkelaars blijken steeds meer gebruik te maken van ‘digitale suiker’: geheime en doelbewuste trucs die uitsluitend bedoeld zijn om apps, spelletjes en andere digitale producten zo verslavend mogelijk te maken. Alter legt uit hoe dit werkt en wat je hier als individu tegen kunt doen. Maar, ook hoe we onze kinderen hiertegen kunnen wapenen.

nieuwsbrief

Blijf op de hoogte

inschrijven nieuwsbrief